Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord goed kunnen opschieten met
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(voortmaken) | hurry | |
🔗 Daarom moeten we nu opschieten. | ||
(vooruitgaan; vorderen) | progress | |
🔗 We schoten slecht op. |
Nederlands | Engels |
---|---|
goed kunnen opschieten met | ⇆ get along well with; ⇆ get on well with |
opschieten | ⇆ be quick about it; ⇆ get along; ⇆ get cracking; ⇆ go about; ⇆ make headway; ⇆ progress; ⇆ spring; ⇆ spring up; ⇆ sprout; ⇆ sprout up; ⇆ stir one’s stumps; ⇆ run up; ⇆ get one’s skates on; ⇆ shoot up; ⇆ get on |