Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord broedpaar
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(bebroeden; broeden op) | ; | |
🔗 Daar broedt altijd een roodborsttapuit. | ||
(duo; stel; tweetal) | ; | |
(duo; span; stel; tweetal) | ; | |
🔗 Met vijfhonderd paar handen schoot het werk vlug op. |
Nederlands | Engels |
---|---|
broeden | ⇆ brood; ⇆ cover; ⇆ hatch; ⇆ incubate; ⇆ sit |
paar | ⇆ brace; ⇆ couple; ⇆ doublet; ⇆ match; ⇆ pair; ⇆ twosome |
Het woord broedpaar kon door ons niet in de geselecteerde doeltaal vertaald worden.