Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord trod
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(pace; stalk; step) | ; | |
te voet oversteken | piedpasi | |
(walk; walk upon; board) | ||
(trample on; trample; tread on) | ; trappen op |
Engels | Nederlands |
---|---|
tread | ⇆ begaan; ⇆ betreden; ⇆ bewandelen; ⇆ loopvlak; ⇆ lopen; ⇆ lopen over; ⇆ schrede; ⇆ stap; ⇆ trappen; ⇆ tred; ⇆ trede; ⇆ treden; ⇆ uittreden; ⇆ zool |