Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord feeble

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
feeble
(faint; light; weak; frail; weedy)
feeble
(fragile; frail; infirm)
(lightly; weakly)
zwakjes
malforte
🔗 Feebly the creature in the vat moved its arms and feet, as if unaware of their use.
feebly
slapjes
malfortike

EngelsNederlands
feeble zwak
enfeeble verzwakken
feeble‐minded wankelmoedig; zwakhoofdig; zwakzinnig
feebly flauwtjes; zwakjes