Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord due

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
due
(coming; forthcoming; imminent; looming; pending)
okazonta
due
(of use; suitable; appropriate; apt; expedient; right; useful; fitting; applicable)
; ;
due
ŝuldata
(because of; for; for sake of; on account of; owing to; through; at; for the sake of; from; in favour of; in; by reason of; in the light of);
🔗 Rishi Sunak has said he will be forced to make “difficult decisions” as prime minister, due to the country’s economic situation.
in due course
tax due
(taxes due)
taxes due
(tax due)
dues
(subscription; premium)
duly
(decently; properly; adequately; appropriately)
;
duly
(expediently)
op geschikte wijze
taŭge
overdue
(back; outstanding; unpaid)
nepagita
overdue
(late; tardy; belated)
;
vergevorderd
overdue
undue
(excessive)
undue
(improper; inept)
;

EngelsNederlands
due behoorlijk; gepast; pal; rechtmatig; schuldig; verplicht; verschuldigd; vervallen; vlak
become due verschijnen; vervallen
be due to berusten op; te danken zijn aan
due date verschijndag; vervaldag; vervaldatum
due to door; vanwege
fall due verschijnen; vervallen
get one’s due loon naar werken krijgen
give somebody his due iemand geven wat hem toekomt
in due course na verloop van tijd; te zijner tijd
in due season mettertijd
in due time bij tijd en wijle; op tijd; te gelegener tijd; te rechter tijd; te zijner tijd
it was due to him het kwam hem toe; het was hem te danken; het was hem te wijten
pay due honour to honoreren
take something as one’s due zich iets laten aanleunen
tax due belastingschuld
taxes due belastingschuld
when due op de vervaldag; op de vervaldatum
with all due respect met alle respect
with due respect met alle respect; met verschuldigde eerbied
due‐bill promesse; schuldbekentenis; schuldbewijs
dues contributie; rechten en leges; schuld; schulden
duly behoorlijk; dan ook; deugdelijk; in goede orde; naar behoren; op tijd; terecht
overdue achterstallig; over de vervaldatum; over tijd; reeds lang noodzakelijk; te laat
undue bovenmatig; onbehoorlijk; ongepast; onredelijk; overdreven