Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord communicant
| Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
|---|---|---|
communicate (report; impart; put across; get across) | ; | |
communicate | ; |
| Engels | Nederlands |
|---|---|
| communicant | ⇆ avondmaalsganger; ⇆ communicant |
| communicate | ⇆ communiceren; ⇆ gemeenschap hebben; ⇆ in verbinding staan; ⇆ ineenlopen; ⇆ mededelen; ⇆ meedelen; ⇆ overbrengen; ⇆ ten avondmaal gaan; ⇆ zich in verbinding stellen |