Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord commencement

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
commencement
(beginning; start)
;
commencement
(beginning; start; onset)
commencement
(start)
wording
;
(begin; start; embark on);
(begin; start; be started; set in; kick off); ;
🔗 He was intending to fly home just hours after the hostilities had commenced, but with the airports closed, he instead flew to Warsaw in Poland and drove almost 500 miles back home and over the border to Kyiv.
(arise; get; materialize; start; come into being);

EngelsNederlands
commencement aanvang; begin; promotieplechtigheid
commence aanvangen; beginnen; een aanvang nemen
recommencement hervatting