Dictionnaire néerlandais–français
Traduction française du mot néerlandais worden
néerlandais | français (traduit indirectement) | espéranto |
---|---|---|
(raken) | devenir | |
🔗 Het was winter geworden. | ||
(degenereren; ontaarden; verbasteren) | s’abâtardir | |
🔗 Door een groot herstelproject is de beek, die was verworden tot een saai afwateringskanaal, weer in zijn oorspronkelijke staat teruggebracht. |