Dictionnaire néerlandais–français
Traduction française du mot néerlandais werkend
néerlandais | français (traduit indirectement) | espéranto |
---|---|---|
(uitwerking hebben) | agir ; être efficace ; opérer | |
🔗 Maar het werkte wel. | ||
construire ; fabriquer ; ; opérer ; poser | ||
🔗 Hij vroeg zich af of hij soms op de ruïnes van de beschaving keek die deze vreemde mensen gewrocht hadden te midden van de woeste omgeving van hun vreemde, wilde verblijfplaats. | ||
(arbeiden) | ||
🔗 Er wordt hard en lang gewerkt. |