English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word three‐ply

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
🔗 It has already been three weeks!

EnglishDutch
three‐ply driedik; driedraads
three‐ply wood triplexhout
ply draad; gebruiken; hanteren; heen en weer rijden; heen en weer varen; heen en weer vliegen; in de weer zijn met; laag; plooi; streng; uitoefenen; vouw; werken met
three drie; drietal