English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word swiveltail

English	Dutch (translated indirectly)	Esperanto
swiveltail (common thresher; Atlantic thresher; fox shark; green thresher; swingletail; slasher; thintail thresher; whip‐tailed shark)	gewone voshaai ; voshaai ; zeevos	ordinara vulpoŝarko
tail (shadow)	schaduwen	gvatsekvi
tail	staart	vosto
tail (backside; rump; bottom; hindquarters; posterior; rear; behind)	achterste	postaĵo
tail (trail)	sleep	trenaĵo

English	Dutch
swiveltail	⇆ gewone voshaai; ⇆ voshaai; ⇆ zeevos
swivel	⇆ draaien; ⇆ laten draaien; ⇆ spil; ⇆ wartel
tail	⇆ achterste; ⇆ de staart couperen; ⇆ eigendom met beperkt erfrecht; ⇆ einde; ⇆ gevolg; ⇆ nasleep; ⇆ pand; ⇆ queue; ⇆ rok; ⇆ schaduwen; ⇆ sleep; ⇆ slip; ⇆ slipjas; ⇆ staart; ⇆ staartje; ⇆ uiteinde; ⇆ vlecht; ⇆ volgen; ⇆ volger