English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word score
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(orchestrate) | adapti por orkestro | |
🔗 But Kenyan interior ministry officials say that scores of mass graves remain. | ||
een doelpunt maken ; | goli | |
; | ||
scoren | poenti | |
a score of (twenty) | ||
(succeed) | ||
underscore | ||
underscore (underline) | ||
underscore (emphasize; highlight; underline) |
English | Dutch |
---|---|
score | ⇆ aantal behaalde punten; ⇆ aantekenen; ⇆ afturven; ⇆ behalen; ⇆ boeken; ⇆ dwarsstreep; ⇆ een doelpunt maken; ⇆ een goede beurt maken; ⇆ filmmuziek; ⇆ gelag; ⇆ het winnen; ⇆ inkepen; ⇆ inkerven; ⇆ insnijding; ⇆ keep; ⇆ kepen; ⇆ kerf; ⇆ kerven; ⇆ lijn; ⇆ maken; ⇆ neuken; ⇆ onderstrepen; ⇆ op noten zetten; ⇆ opschrijven; ⇆ optekenen; ⇆ orkestreren; ⇆ partituur; ⇆ puntentelling; ⇆ rake zet; ⇆ rekening; ⇆ score; ⇆ scoren; ⇆ snees; ⇆ stand; ⇆ stieg; ⇆ stijg; ⇆ streep; ⇆ strepen; ⇆ striem; ⇆ succes; ⇆ succes hebben; ⇆ tref; ⇆ treffer; ⇆ turven; ⇆ twintigtal |
a score of | ⇆ een twintigtal; ⇆ twintig |
by scores | ⇆ bij dozijnen; ⇆ bij hopen |
final score | ⇆ eindcijfer; ⇆ eindstand; ⇆ einduitslag |
half‐time score | ⇆ ruststand |
in scores | ⇆ bij hopen; ⇆ by dozijnen |
intermediate score | ⇆ tussenstand |
I shall score that against you | ⇆ dat zal ik onthouden |
keep score | ⇆ de puntentelling bijhouden |
keep the score | ⇆ de puntentelling bijhouden |
know the score | ⇆ weten hoe de zaken staan; ⇆ weten hoe laat het is |
on that score | ⇆ dienaangaande; ⇆ wat dat betreft |
on the score of | ⇆ op grond van; ⇆ op het punt van; ⇆ vanwege; ⇆ wegens |
score a goal | ⇆ een doelpunt maken |
score a great success | ⇆ veel succes hebben |
score a success | ⇆ succes boeken; ⇆ succes hebben |
score off | ⇆ afrekenen met; ⇆ aftroeven; ⇆ betaald zetten; ⇆ overtroeven; ⇆ te slim af zijn |
score out | ⇆ doorhalen |
score over | ⇆ het winnen van |
scores of | ⇆ talloze |
score under | ⇆ onderstrepen |
score up | ⇆ op de rekening zetten; ⇆ op rekening zetten; ⇆ opschrijven |
settle an old score | ⇆ een oude rekening vereffenen |
settle a score | ⇆ een oude rekening vereffenen |
fourscore | ⇆ tachtig |
scoreboard | ⇆ scorebord |
scorer | ⇆ <iemand die de punten bijhoudt>; ⇆ doelpuntenmaker |
threescore | ⇆ zestig |
underscore | ⇆ onderlijnen; ⇆ onderstrepen |