English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word pliant
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
pliant (supple) |
English | Dutch |
---|---|
pliant | ⇆ buigbaar; ⇆ buigzaam; ⇆ gedwee; ⇆ lenig; ⇆ makkelijk te beïnvloeden; ⇆ plooibaar; ⇆ soepel; ⇆ volgzaam |
pliancy | ⇆ buigzaamheid; ⇆ lenigheid; ⇆ meegaandheid; ⇆ plooibaarheid; ⇆ soepelheid |
ply | ⇆ draad; ⇆ gebruiken; ⇆ hanteren; ⇆ heen en weer rijden; ⇆ heen en weer varen; ⇆ heen en weer vliegen; ⇆ in de weer zijn met; ⇆ laag; ⇆ plooi; ⇆ streng; ⇆ uitoefenen; ⇆ vouw; ⇆ werken met |