English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word disturbed

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
disturbed
(dismal; dreary)
; ; ;
malserena
disturb
(hinder; trouble; annoy; encumber; hassle; irritate; inconvenience; hamper)
; ; ;
disturb
(incommode; trouble)
; ; ;
ongelegen komen
maloportuni
disturb
(ruffle; trouble)
malserenigi
disturb
(agitate; alarm; perturb; ruffle; trouble; unsettle; upset; worry)
disturb
(interfere with; perturb; interfere)
storing veroorzaken
perturbi

EnglishDutch
disturbed gestoord; opgejaagd; veranderd; verontrust; verstoord
be disturbed zich verontrusten
disturb beroeren; in beroering brengen; in de war brengen; opjagen; storen; troebleren; verontrusten; verstoren
undisturbed onbeslapen; ongemoeid; ongestoord; onverstoord