English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word contain

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(comprise; hold); ;
🔗 A genus contains one species or several related species.
(hold; admit); ;
enteni
(bridle; check; restrain; control; curb; inhibit; rein in); ;
🔗 Argentina’s central bank has raised its main rate of interest to 69.5% as it tries to contain soaring inflation.
(urn);
container
(freight container)
;

EnglishDutch
contain bedwingen; behelzen; bergen; beslaan; bevatten; binden; houden; in bedwang houden; in de hand houden; inhebben; inhouden; insluiten; in toom houden; tegenhouden; vasthouden
contained in vervat in
contain one’s anger zijn woede bedwingen
contain oneself zich bedwingen; zich inhouden
container bak; blik; bus; container; doos; houder; koker; laadkist; reservoir; vat
containment indamming