Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word houder

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
holder
;
socket
🔗 Toen nam hij plaats in de cockpit en schoof een nieuwe houder patronen in zijn pistool.
(bezitter)
holder
(etui; koker)
(iemker; imker)
;
🔗 De boekhouder trad naderbij.
(BH);
🔗 Had ze nu wel of geen bustehouder aan, vroeg ik mij af.
pub‐keeper
🔗 De tengere caféhouder nipte aan zijn glas.
(gastank)
gas‐holder
(hotelier)
(kassier)
cashier
; ;
landlord
;
warden
pawnbroker
penholder
🔗 Intussen zat heer Bommel in de koude tocht op zijn penhouder te bijten.
recordholder
account holder
🔗 De pinlimiet van 60 euro geldt volgens de regering alleen voor Griekse rekeninghouders.
🔗 In 1648 werd de oorlog met Spanje beëindigd, tegen de zin van stadhouder Willem II.
titelhouder
champion
(controleur; opzichter; verificateur)
controller
;
supervisor
🔗 Ik zal zelf optreden als toezichthouder van het project.
veehouder
(veeboer)
stock farmer

DutchEnglish
houder bearer; container; holder; keeper; socket
bankhouder banker; pawnbroker
barhouder landlord; publican
bijenhouder apiarist; bee‐keeper; bee‐master; hiver
boekhouder accountant; book‐keeper
bordeelhouder brothel‐keeper
bustehouder bra; brassière
caféhouder publican; café proprietor; public‐house keeper
concessiehouder concessionaire; concessionary
filiaalhouder shop‐walker; branch manager
garagehouder garage keeper; garage proprietor
gashouder gas‐holder; gasometer
hotelhouder hotelier; hotel‐keeper
hypotheekhouder mortgagee
kashouder cashier
kostschoolhouder boarding‐school master
lamphouder lamp‐socket
licentiehouder licensee
logementhouder lodging‐keeper; lodging‐house keeper; boarding‐house keeper
lommerdhouder pawnbroker
melkveehouder dairy farmer
obligatiehouder bondholder
pandhouder pawnee; pledgee
patroonhouder cartridge clip
penhouder penholder
pensionhouder boarding‐house keeper
polishouder policy‐holder
potloodhouder pencil‐case
procuratiehouder assignee; attorney; confidential clerk; head‐clerk; proxy
recordhouder record holder
rekeninghouder account holder; current account customer
schapenhouder sheep‐farmer
slavenhouder slave‐owner
stadhouder lieutenant; stadtholder
stafhouder solicitor general
stalhouder job‐master; liveryman; stablekeeper
stamhouder son and heir
standhouder exhibitor
titelhouder title‐holder
toezichthouder controller; supervisor
veehouder cattleman; stock farmer
venduhouder auctioneer
vergunninghouder licensee; licensed victualler