Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word wijzer

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 De wijzers van de klok staan op één uur.
(richtingaanwijzer)
direction‐indicator
;
traffic indicator
;
trafficator
🔗 Het was duidelijk dat deze richtingwijzer hen in een opgewonden stemming bracht.
uurwijzer
hour‐hand
(richtingbord)
signpost
🔗 Kijk maar naar die wegwijzer daar.
(verstandig)
🔗 Ge zijt te wijs voor uw jaren.
dial
;
🔗 Helsse keek even naar een wijzerplaat.

DutchEnglish
wijzer clock‐hand; exponent; hand; index; pointer
bladwijzer bookmark; index; bookmarker
leeswijzer bookmark; bookmarker; marker
richtingwijzer direction‐post
secondewijzer second hand; seconds hand
uurwijzer hour‐hand; short hand
wegwijzer cicerone; finger‐post; guidepost; hand‐post; signpost
wijs air; aria; mood; prudential; tune; voice; wise; sage; sapient; strain; strains
wijzerplaat dial; dial‐plate; face; hour‐plate; reader‐plate