Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word voorbereid

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
unprepared
nepreparita
unprepared
senprepara
(zich opmaken; zich prepareren)
🔗 Bereid je voor op de dood.
(prepareren)
🔗 Moskou ontkent een invasie voor te bereiden.

DutchEnglish
onvoorbereid cold; extemporal; extemporaneous; extemporary; extempore; off‐hand; off‐the‐cuff; off the top of one’s head; on the hop; unprepared; unready; unrehearsed
zich voorbereiden prepare oneself; ready; prepare
voorbereiden dispose; prepare; prime; ready