Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word uitgalmen
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(naklinken) | postsoni | |
(weergalmen; weerklinken) | ||
🔗 Onmiddellijk legde Sabriël de bel het zwijgen op en stopte hem weg, maar de echo’s galmden door de vallei en ze wist dat het wezen achter haar op het pad het had gehoord. | ||
(luiden) | peal ; | |
(op; van; vanuit) | ; | |
🔗 Hij liep snel het hotel uit. | ||
(aan; door; met; om; van; vanwege; voor; wegens) | ; ; ; | |
🔗 Dat deed hij uit berekening. | ||
(over; voort; weg; verwijderd) | ; | |
🔗 Zij zijn het grootste gedeelte van de dag uit. | ||
; | ||
🔗 De lampen waren uit. |
Dutch | English |
---|---|
uitgalmen | ⇆ bawl out; ⇆ mouth; ⇆ sing out |
galmen | ⇆ chant; ⇆ peal; ⇆ sound; ⇆ sing out; ⇆ resound; ⇆ bawl; ⇆ troll |
uit | ⇆ done; ⇆ for; ⇆ forth; ⇆ off; ⇆ out; ⇆ out of; ⇆ over; ⇆ through; ⇆ in a spirit of; ⇆ from; ⇆ from among; ⇆ in |