Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word sterfhuis

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Zeker 40.000 huizen in de hoofdstad Manilla zijn verwoest.
🔗 Er moet hier in huis veel veranderen.
(verscheiden; overlijden)
decease
🔗 Hij stierf op 9 januari 1642.
(de kraaienmars blazen; doodgaan; de geest geven; heengaan; verscheiden; het tijdelijke voor het eeuwige verwisselen)
🔗 En als jij nu als eerste sterft?
🔗 De kronieken maken geen gewag van zijn sterven.

DutchEnglish
sterfhuis house of the deceased
huis establishment; home; house; housing; place; premises; residence; tenement
sterven death; decease; die; give up the ghost; cross the Styx; go west; quit the scene