Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word stamvader

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(geslacht; volksstam);
race
;
tribe
;
(volksstam)
tribe
🔗 Behoort hij tot een andere stam?
(boomstam; romp)
stem
; ; ;
🔗 Het touw werd om de stam gebonden.
radical
radikalo
(pater)
🔗 Bij zijn aankomst werd de heilige vader langdurig toegejuicht.
;
🔗 Zij waren kennelijk vader en zoon.

DutchEnglish
stamvader ancestor; primogenitor; progenitor; sire
stam clan; principal part; radical; tree‐trunk; stem; tribe; trunk; stock; timber; bole; race
vader author; begetter; father; founding father; originator; procreator; progenitor; sire; abba; master; warden