Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word schakeling

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(circuit)
circuit
🔗 In de schakeling van figuur 4.9 vloeit door de weerstand van 2 Ω een stroom van 1,92 A.
(opeenvolging; volgorde);
🔗 Hun getuigenissen waren een aaneenschakeling van of onbelangrijke of geheel onmogelijke feiten en een onpartijdige rechter zou er geen waarde aan gehecht hebben.
;
🔗 Voor mij was het een enorme omschakeling.
(koppelen);
engage
switch on
;

DutchEnglish
schakeling circuit; connection; linking
aaneenschakeling catenation; chapter; concatenation; consecution; sequence; series; train
omschakeling change‐over; conversion
parallelschakeling shunt
schakelen change gear; shift gear; shift gears; link; connect; switch
serieschakeling series connection; sequence circuit
tussenschakeling interconnection