Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word regeringslid
| Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
|---|---|---|
| (bewindhebber; lid van de regering; bewindvoerder) | <person who governs> | |
| (lidmaat) | ||
🔗 Wie was het derde lid van je groep? | ||
| (genoot) | ; | |
🔗 Turkije heeft Israël eerder gewaarschuwd voor „ernstige gevolgen” als het land probeert leden van Ḥamās op te sporen die in Turkije wonen. | ||
| (term) | ||
🔗 Ook komt het voor dat we beide leden trachten te herleiden tot dezelfde eenvoudiger vorm. | ||
| (lidmaat) | ||
🔗 Het water is diep, en donker en koud, en nu al amuseren onbekende creaturen zich met mijn lid. | ||
| (gouvernement; overheid) | ||
🔗 De regering overweegt de noodtoestand op Madeira uit te roepen, voegde hij eraan toe. | ||
| (bestuur; bewind; heerschappij; besturen) | ; | |
🔗 Na een regering van veertig jaar stierf Kyaxares. | ||
| Dutch | English |
|---|---|
| lid | ⇆ degree; ⇆ fellow; ⇆ generation; ⇆ joint; ⇆ lid; ⇆ limb; ⇆ member; ⇆ paragraph; ⇆ penis; ⇆ phalanx; ⇆ term |
| regering | ⇆ administration; ⇆ government; ⇆ ministry; ⇆ regimen; ⇆ reign; ⇆ rule |