Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word raakhoek

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 De tak waarop ik me bevond, leidde met een kleine hoek naar de steile rotswand, en toen ik erlangs verder klauterde, merkte ik dat het uiteinde van de tak juist boven een smalle richel reikte, die aan de ingang van een smalle grot uit de rotsen stak.
🔗 Maar wat doe je daar in die hoek?
🔗 Met deze woorden verdween hij om de hoek.
;
cele
🔗 Ik had raak gestoten en een bloedstraal van een vinger dik spoot mij tegemoet.
; ; ; ;
pertinent
🔗 Maar onze kogels waren raak.

DutchEnglish
hoek angle; corner; fish‐hook; hook; nook; pit; quoin; recess; square
raak close to home; effective; home; pat; telling

The word raakhoek could not be translated into the selected target language by us.