Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word plein

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
;
🔗 Iedereen keek om naar het plein.
(plaats)
🔗 Na geruime tijd hoorde hij stappen over het binnenplein.
(binnenhof; binnenplaats)
inner court
🔗 Na geruime tijd hoorde hij stappen over het binnenplein.
range
(markt; marktplaats);
🔗 De priester van Anu zorgde ervoor dat de man uit Gunderland werd gegrepen en op het marktplein werd opgehangen.
(agorafobie; straatvrees)
school yard
;
voorplein
(voorhof)
forecourt

DutchEnglish
plein circus; court; piazza; place; plaza; square
en plein public in public; publicly
binnenplein bailey; courtyard
dorpsplein green; village square
exercitieplein square
kerkplein parvis; church square
marktplein market square
pleinvrees agoraphobia
schoolplein school yard; playground
verkeersplein roundabout; traffic circle; rotary; traffic circus
voorplein forecourt; parvis; castle yard