Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word naaste
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
nearest | ||
🔗 Arflane kon nu de namen van de naaste schepen ondersteiden. | ||
fellow creature | ||
(aan; bij) | ; ; next to ; | |
🔗 Er zat nog steeds een politieman naast zijn bed. | ||
; ; next to ; | ||
🔗 Hij kwam uit in een kamertje naast de eetzaal. | ||
(buiten) | ||
🔗 Naast koud was de eerste helft van de lente ook erg nat. | ||
charity ; love of one’s neighbour | ||
🔗 Over het algemeen vindt men het een daad van christelijke naastenliefde om iemand die in de narigheid zit te helpen. |
Dutch | English |
---|---|
naaste | ⇆ fellow creature; ⇆ immediate; ⇆ nearest; ⇆ neighbour |
evennaaste | ⇆ fellow man; ⇆ neighbour |
naast | ⇆ alongside; ⇆ alongside of; ⇆ beside; ⇆ close; ⇆ next; ⇆ sitting next to; ⇆ side by side with; ⇆ adjacent to; ⇆ next to; ⇆ by; ⇆ next‐door to |
naastenliefde | ⇆ love of one’s neighbour; ⇆ charity |