Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word kruiswoordraadsel
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(kruiswoordpuzzel) | crossword puzzle | |
🔗 Hij wierp weer een blik op het kruiswoordraadsel. | ||
loin | ||
🔗 Daar stond hij nu, midden in Gent, met enkel een bierviltje voor zijn kruis. | ||
🔗 Persbureau AFP meldt dat de kruisen van de kerken worden gesloopt, en christelijke manuscripten worden verbrand. | ||
🔗 Als die gieren er niet waren, zou een krachtig lichaam als dat van u dagenlang aan het kruis in leven kunnen blijven. | ||
(puzzel) | enigma ; ; riddle ; conundrum | |
🔗 Je spreekt in raadsels. | ||
(geheimenis; mysterie) | ||
🔗 Toch was het hem een raadsel. |
Dutch | English |
---|---|
kruiswoordraadsel | ⇆ crossword; ⇆ crossword puzzle |
kruis | ⇆ rood; ⇆ cross; ⇆ crotch; ⇆ croup; ⇆ crown; ⇆ crupper; ⇆ crux; ⇆ pain; ⇆ seat; ⇆ sharp; ⇆ slack; ⇆ small of the back |
raadsel | ⇆ conundrum; ⇆ enigma; ⇆ mystery; ⇆ puzzle; ⇆ puzzler; ⇆ riddle; ⇆ deep water |