Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word iemand naar de mond praten

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(bek)
🔗 Maar toen bleven ze beiden met open monden staan.
(monding; uitmonding)
🔗 De anderen renden naar het venster en staarden naar de Sikorsky, die langzaam naar de mond van de baai taxiede.
(babbelen; keuvelen; kouten)
🔗 De kleine man praatte en praatte.
(spreken)
🔗 Hij praat altijd zo onduidelijk.
(spreken)
🔗 Met wie praat jij daar?
(spreken);
🔗 Hoe komt het dat u zo goed Engels praat?

DutchEnglish
iemand naar de mond praten toady to somebody
mond gob; issue; mouth; muzzle; orifice; trap
praten confabulate; discourse; speak; talk; talking; chat; prate