Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word geregeld

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
orderly
bonorda
(gelijkmatig; regelmatig; steevast)
regular
(regelmatig; steevast)
regularly
regule
🔗 De enkele schepen die hier voor de oorlog geregeld voeren, waren of tot zinken gebracht of gevlucht naar een veilige haven.
(onregelmatig)
irregular
🔗 Ge kent allen de nachtmerrie van het kolenladen, als dag en nacht, met ongeregelde tussenpozen het zwarte goud met tonnen tegelijk in en op het schip gestord wordt, met donderend lawaai.
(arrangeren; bedisselen; opstellen; ritselen; in orde maken; ordonneren);
fix up
🔗 Maar goed, dat is misschien te regelen.
(beredderen; redderen; schikken; sorteren);
(organiseren)
🔗 Jij regelt de hele zaak zeker wel?
(reglementeren; reguleren; vereffenen); ;
reguligi

DutchEnglish
geregeld fixed; orderly; regular; regularly; settled; steady
geregelde veldslag pitched battle
geregeldheid regularity
ongeregeld casual; disorderly; erratic; fitful; inordinate; irregular; snatchy; rough‐and‐tumble; irregularly
regelen adjust; arrange; compose; conform; control; dispose; fix; fix up; govern; order; regulate; sort out; settle; shape; timing