Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word bidvertrek

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
oratory
🔗 Hierna nam Cedric zijn gasten mee naar een klein bidvertrek naast het kapelletje, dat enkele treden hoger lag.
(smeken);
implore
🔗 Geduld, wat ik je bidden mag!
🔗 Nadat hij gebeden had, kleedde hij zich aan.
🔗 Op de derde dag na hun vertrek uit Breeg verlieten zij het Boogbos.
(afrit; afvaart)
departure
;
sailing
🔗 Dat bevel kon ook nog niet zijn aangekomen, daar het na Foggs vertrek moest zijn verzonden.
(kamer; lokaal)
🔗 In welk vertrek slaapt de Jood?

DutchEnglish
bidvertrek oratory
bidden beg; entreat; implore; offer one’s prayers; offer up one’s prayers; pray; say grace; say one’s prayers; say; ask a blessing
vertrek apartment; departure; parting; start; sailing; room