Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word balpen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(ballpoint)
ballpoint pen
;
ballpoint
🔗 Hij wees met zijn balpen naar de inhoud van mijn zakken.
(danspartij)
🔗 Dat was het gevolg van de val die hij tijdens het bal gemaakt had.
(bol; kogel); ;
;
palm of the hand
🔗 Gooi die bal nou naar voren!
(stekel)
needle
(luns; pin; stift)
🔗 Precies op de plek waar de kever was gevallen, sloeg mijn vriend een houten pen in de grond.
🔗 „Ik zou liever met het zwaard dan met de pen antwoordden,” zei Bois‐Guilbert, „maar je zult je zin hebben.”

DutchEnglish
balpen ballpoint; ballpoint pen; biro
bal ball; bowl; clew; globe; nut; testicle
pen gudgeon; lug; nib; pen; pin; quill; tenon; spike; stop; feather; needle; peg