Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word afvissen
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(gereed; klaar) | ||
🔗 Maar het portret is nog niet af. | ||
(van; van … af) | de sur | |
🔗 Hij vluchtte de berg af. | ||
🔗 Sinds we je uit de rivier hebben gevist, heb je op het randje van de dood gebalanceerd. | ||
🔗 Er was nu een andere beer aan de rand daarvan, die eveneens stond te vissen. | ||
fish with a line | ||
🔗 Ik ga intussen een beetje vissen. |
Dutch | English |
---|---|
afvissen | ⇆ draw; ⇆ fish; ⇆ fish out; ⇆ net; ⇆ sweep; ⇆ whip |
af | ⇆ down; ⇆ exeunt; ⇆ out of play; ⇆ off; ⇆ finished; ⇆ out |
vissen | ⇆ fish; ⇆ fishing |