Information du mot zijgen (néerlandais → espéranto: filtri)

Synonymes: filteren, filtreren

Parti du discoursverbe
Prononciation/ˈzɛi̯ɣə(n)/
Césurezij·gen

Conjugaison

Indicatif
PrésentPassé
(hij) zijgt(hij) zeeg
(zij) zijgen(zij) zegen
Subjonctif
PrésentPassé
(dat hij) zijge(dat hij) zege
(dat zij) zijgen(dat zij) zegen
Impératif
Singulier/PlurielPluriel
zijgzijgt
Participes
Participe présentParticipe passé
zijgend, zijgende(hebben) gezegen

Traductions

allemanddurchseihen; filtrieren; seihen; filtern; sieben
anglaisfilter; screen; strain
catalanfiltrar
danoisfiltrere
espagnolfiltrar
espérantofiltri
féringiensíla frá
finnoissuodattaa
françaisfiltrer
frison saterlanddroogje; filtrierje
papiamentofiltra
portugaisfiltrar
roumainfiltra
suédoisfiltrera; sila
tchèquecedit; filtrovat