Información sobre la palabra nog (neerlandés → Esperanto: ankoraŭ)

Sinónimos: nog steeds, nog altijd

Categoría gramaticaladverbo
Pronunciación/nɔx/
Separaciónnog

Muestras de uso

Het slachtoffer moet nog worden geïdentificeerd.
De verwachting is dat dat nog tot de middag duurt.
Ik heb mijn wapens nog.
Kent u me nog?
Maar we hadden ons witte hert nog niet gezien.
Ook woeden er nog vele branden.
Weet u nog wat u tegen mij gezegd hebt?
Nog goed kan ik me herinneren dat ik maandenlang geen enkel idee had wat ik schrijven moest.
Ik ben er toch nog?

Traducciones

afrikáansnog; steeds
albanésende
alemánnoch; noch immer; immer noch
bajo sajónnoch
catalánencara
criolla jamaiquinayeti
danésendnu
españolaún; todavía
esperantoankoraŭ
feroésafturat; enn
finésvielä
francésencore; toujours
frisón de Saterlandnoch
frisón occidentaljit; noch; noch hieltyd
gaélico escocésfhathast
griegoακόμα
húngaromég
inglésstill; yet
inglés antiguogena
italianoancòra
luxemburguésnach
malayomasih
papiamentoaínda; ainda
polacojeszcze
portuguésainda; até agora; mais; também
rumanoîncă
rusoеще
sranan tongoete
suecodesslikes; ännu
tailandésยัง