Information about the word voordoen (Dutch → Esperanto: almeti)

Synonym: aanzetten

Part of speechverb

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) doe voor(ik) deed voor
(jij) doet voor(jij) deed voor
(hij) doet voor(hij) deed voor
(wij) doen voor(wij) deden voor
(jullie) doen voor(jullie) deden voor
(gij) doet voor(gij) deedt voor
(zij) doen voor(zij) deden voor
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) voordoe(dat ik) voordede
(dat jij) voordoe(dat jij) voordede
(dat hij) voordoe(dat hij) voordede
(dat wij) voordoen(dat wij) voordeden
(dat jullie) voordoen(dat jullie) voordeden
(dat gij) voordoet(dat gij) voordedet
(dat zij) voordoen(dat zij) voordeden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
doe voordoet voor
Participles
Present participlePast participle
voordoend, voordoende(hebben) voorgedaan

Translations

Englishattach; put onto; add; append; apply; assign; paste; place
Esperantoalmeti
Frenchappliquer; apposer
Germananlegen; beifügen
Italianaffigere
Portugueseacrescentar; aplicar; apor
Saterland Frisiananlääse; bieföigje