Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord wachtwoord

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
password
🔗 Ik weet zelfs het wachtwoord.
(bewaker; wachter)
🔗 Gelukkig was de wacht van nature niet erg spraakzaam en hij scheen zich niet te storen aan Sams zwijgzaamheid of aan zijn neiging roerloos uit te kijken over de stad en de zee.
(schildwacht); ;
sentinel
🔗 Zij zagen de vier wachten roerloos liggen en dat kwam niet doordat zij sliepen.
(garde)
🔗 Elke keer als de koning naar de tempel van de Heer ging, droegen de soldaten van de wacht de koperen schilden.
🔗 Dan komt namelijk de jarige Abel naar boven voor zijn wacht.
🔗 Elk woord is hier te veel.
🔗 Je hebt het woord „moordenaar” gebruikt.
🔗 Het woord is aan de markies de Cantecler.
🔗 En u moet nu maar erg op uw woorden passen!
🔗 De drager van deze ring moet zich altijd aan zijn woord houden, zie je?

NederlandsEngels
wachtwoord catchword; countersign; cue; parole; password; watchword; word
wacht guard; outlook; watch; sentinel; sentry; clew
woord parole; word; vocable