Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord uitstrijken

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(effenen; gladmaken; gladstrijken)
smooth
🔗 De commodore streek nadenkend over zijn kin.
(gladstrijken)
(neerhalen)
lower
🔗 Glawen streek de zeilen.
(op; van; vanuit);
🔗 Hij liep snel het hotel uit.
(aan; door; met; om; van; vanwege; voor; wegens); ; ;
🔗 Dat deed hij uit berekening.
(over; voort; weg; verwijderd);
🔗 Zij zijn het grootste gedeelte van de dag uit.
;
🔗 De lampen waren uit.

NederlandsEngels
uitstrijken cross out; smooth; spread; take a swab
strijken sweep; bow; chuck; iron; press; strike; stroke; ironing; skim; smooth; lower; get out; spread
uit done; for; forth; off; out; out of; over; through; in a spirit of; from; from among; in
uitstrijkje smear; swab