Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord uitreiken

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(ronddelen; uitdelen; verdelen)
distribute
(verschaffen; verstrekken)
🔗 Ik heb de heer Bommel namelijk een belastingaanslag uitgereikt die niet voor hem bestemd was.
(op; van; vanuit);
🔗 Hij liep snel het hotel uit.
(aan; door; met; om; van; vanwege; voor; wegens); ; ;
🔗 Dat deed hij uit berekening.
(over; voort; weg; verwijderd);
🔗 Zij zijn het grootste gedeelte van de dag uit.
;
🔗 De lampen waren uit.
uitreiking
(verdeling)
distribution
uitreiking
delivery

NederlandsEngels
uitreiken deliver; distribute; give; hand over; issue; present
reiken come down; go; range; reach; stretch; extend
uit done; for; forth; off; out; out of; over; through; in a spirit of; from; from among; in
uitreiking distribution; delivery; issue; presentation