Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord toeschouwer

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(beschouwer; kijker)
spectator
;
🔗 „Reiservaringen”, prevelde de bejaarde "toeschouwer.
spectator
;
🔗 De anderen bleken toeschouwers te zijn.
(toeschouwer zijn); ;
spekti
soccer spectator
;
football spectator
futbalspektanto

NederlandsEngels
toeschouwer bystander; looker‐on; observer; onlooker; spectator