Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord onwezenlijk

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(irreëel)
🔗 Het moest onwezenlijk zijn.
(essentieel; intrinsiek);
intrinsic
;
substantial
🔗 Het maakte een wezenlijk deel uit van hun religie.
(essentieel; in wezen; substantieel; intrinsiek)
esence
(echt; in werkelijkheid; werkelijk; daadwerkelijk)
(daadwerkelijk; echt; reëel; werkelijk)

NederlandsEngels
onwezenlijk aeriform; unreal; unsubstantial
onwezenlijkheid unreality
wezenlijk actually; constitutive; elemental; essential; essentially; in essence; intrinsic; intrinsical; material; materially; positive; quintessential; real; substantial; substantially; substantive