Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord nagenoeg

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(bijkans; bijna; haast; schier; vrijwel; zo goed als; genoegzaam); ;
🔗 De ruimen zijn nagenoeg leeg.

NederlandsEngels
nagenoeg all but; almost; nearly; well‐nigh