Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord iemand afzeggen

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(afgelasten; annuleren; opzeggen; afblazen); ; ; ; ;
🔗 De Europese Commissie heeft een afspraak met Argentijnse ambtenaren afgezegd.

NederlandsEngels
iemand afzeggen put somebody off
afzeggen nix; blow off; call off; countermand; declare off; put off