Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord halt
| Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
|---|---|---|
| (inhouden; blijven staan; blijven stilstaan; stilhouden; stilstaan; stoppen; halt maken) | ; | |
🔗 Later in de ochtend hielden zij halt in een dorp. | ||
| (inhouden; blijven staan; blijven stilstaan; halt houden; stilhouden; stilstaan; stoppen) | ||
🔗 Toen hij de roerloze palmbomen naderde, begon hij voorzichtiger te lopen, want hij begreep dat de karavaan waarschijnlijk in de schaduw van de bomen halt gemaakt had. | ||
| Nederlands | Engels |
|---|---|
| halt | ⇆ halt; ⇆ stand |
| halt! | ⇆ stay!; ⇆ halt!; ⇆ stop! |
| een halt toeroepen | ⇆ stay |
| een halt toeroepen aan | ⇆ put a stop to; ⇆ check |
| halt houden | ⇆ call a halt; ⇆ make a halt; ⇆ stand; ⇆ stop; ⇆ make stop; ⇆ halt; ⇆ make a stand |
| halt maken | ⇆ call a halt; ⇆ make a halt; ⇆ stop; ⇆ make stop; ⇆ stand |