Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord gewennen
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(wennen) | accustom oneself ; get used ; ; | |
🔗 Maar men gewent er spoedig aan en toen het schip later weer uit het ijs in open water geraakte, miste men het daverende gekraak en gebonk zelfs. | ||
zich gewennen aan (vertrouwd raken met) | accustom oneself to | |
(gewennen) | accustom oneself ; get used ; ; | |
🔗 Je zult toch aan het idee moeten wennen. |
Nederlands | Engels |
---|---|
gewennen | ⇆ accustom; ⇆ habituate; ⇆ inure; ⇆ inurement; ⇆ season |
zich gewennen | ⇆ accustom oneself |
zich gewennen aan | ⇆ accustom oneself to |
gewenning | ⇆ habituation; ⇆ habit‐formation |
wennen | ⇆ accustom; ⇆ habituate |