Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord aanwezig zijn
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(bijwonen) | ||
🔗 Janek Ulsenn was te ziek om aanwezig te zijn. | ||
(present; tegenwoordig) | ||
🔗 We overtuigden ons dat er geen leven meer aanwezig was. |
Nederlands | Engels |
---|---|
aanwezig zijn | ⇆ attend; ⇆ be in attendance; ⇆ be in residence; ⇆ be on hand |
aanwezig | ⇆ attendant; ⇆ available; ⇆ existent; ⇆ extant; ⇆ forthcoming; ⇆ in; ⇆ present |