Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord aanvoegen
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
aanvoegende wijs (conjunctief) | subjunctive | |
(betamen; passen) | befit | |
(betamen; conveniëren; gelegen komen; passen; schikken; uitkomen) |
Nederlands | Engels |
---|---|
aanvoegen | ⇆ add; ⇆ join |
aanvoegende wijs | ⇆ conjunctive; ⇆ subjunctive; ⇆ subjunctive mood |
aanvoegend | ⇆ conjunctive |
voegen | ⇆ accommodate; ⇆ become; ⇆ befit; ⇆ beseem; ⇆ joint; ⇆ merge; ⇆ point; ⇆ suit; ⇆ add; ⇆ flush |