Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord season‐ticket holder

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
season‐ticket
(commutation ticket)
;
(bill);
ticket
; ; ;
ticket
;
ticket

EngelsNederlands
season‐ticket holder abonnee
season‐ticket abonnement; abonnementskaart; seizoenkaart; seizoenskaart
ticket bekeuring; biljet; bon; entreebiljet; entreekaartje; kaart; kaartje; kandidatenlijst; lot; passagebiljet; plaatsbewijs; plaatskaart; prijzen; reisbiljet; reçu; ticket; toegangsbewijs; van een kaartje voorzien; vervoerbewijs; vervoersbewijs