Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord policy‐holder

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
holder
(socket; sheath)
holder
(owner)
;
policy
;
(insurance policy)
🔗 However, damage could be covered if the homeowner had purchased a policy that covers all risk.
(politics); ;
staatkunde
🔗 “Our policy is having our cake and eating it”, as Johnson declared.

EngelsNederlands
policy‐holder polishouder; verzekerde
holder aandeelhouder; aanpakkertje; aanvattertje; bekleder; bezitter; etui; glaasje; handgreep; houder; pannelap; pijpje; reservoir; titularis
policy beleid; gedragslijn; polis; politiek; staatkunde; staatsbeleid