Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord identity
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
🔗 His identity had remained a mystery for a week in spite of fingerprint checks and a search of missing persons records. | ||
identity papers | ||
prove one’s identity | legitimi sin |
Engels | Nederlands |
---|---|
identity | ⇆ eenzijn; ⇆ gelijkheid; ⇆ identiteit; ⇆ persoon; ⇆ persoonlijkheid |
identity card | ⇆ identiteitsbewijs; ⇆ identiteitskaart; ⇆ legitimatiebewijs; ⇆ persoonsbewijs; ⇆ stamkaart |
identity disc | ⇆ identiteitsplaatje |
identity papers | ⇆ identiteitspapieren |
prove one’s identity | ⇆ zich identificeren; ⇆ zich legitimeren |