Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord friendliness

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
friendliness
(kindness; affability)
friendly
(affable; kind; kindly; suave; cordial)
(warm; amiable; amicable);
🔗 Would he find them friendly or hostile?
friendly
(warmly)
friendly
(mutual)
mutuala
(affably; kindly; blandly)
🔗 When he acts friendly towards you, you can bet all you’ve got that he’s your friend.

EngelsNederlands
friendliness goedgezindheid; toeschietelijkheid; vriendelijkheid; vriendschappelijkheid; welwillendheid
friendly amicaal; bevriend; eigen; goedgezind; kameraadschappelijk; minlijk; minnelijk; toeschietelijk; vriendelijk; vrienden‐; vriendschappelijk